Niet angstvrij, wél meer de baas.
Lotte: “Presentaties waren mijn nachtmerrie. Nu ga ik — met trillende handen — toch staan. Ik doe het niet perfect, maar ik ga. Dat is nieuw.”
Herkenbaar?
Sociale angst is meer dan verlegen zijn. Je hoofd schiet vol (“wat vinden ze van me?”), je lijf gaat mee (rood, trillen, hartslag), en je gaat situaties vermijden. Dat geeft even rust, maar uiteindelijk maakt het je wereld kleiner.
Hoe het begon voor Lotte
In de derde klas lachte iemand haar uit tijdens een presentatie. Later ging er in de appgroep een flauwe opmerking over rond. Sindsdien maakte Lotte zichzelf klein in de klas.
Lotte: “Ik dacht: als ik niks zeg, kan ik ook niets verpesten. Het voelde veilig — en ondertussen werd school steeds zwaarder.”
Wat Lotte hielp in behandeling
1) Een kloppend verhaal: “dit is mijn alarm, niet mijn falen”
Lotte: “De zin ‘dit is mijn alarm’ hielp. Ik ben niet raar; mijn systeem denkt dat spreken gevaarlijk is. Daardoor schaamde ik me minder.”
Waarom dit werkt: taal die niet veroordeelt verlaagt spanning en versterkt je zelfvertrouwen
2) Rescripten en een nieuw perspectief
Lotte: “We pakten dat moment terug waarop ze me uitlachten. In mijn hoofd zette ik er iemand naast me die zei wat ík toen nodig had. Ik zag mezelf doorgaan, ondanks die blik. Het werd minder groot.”
Waarom dit werkt: met rescripten (een korte, begeleide terugkeer met andere uitkomst en steun) verschuift de betekenis van die ervaring. Schaamte zakt; er ontstaat een nieuwe, sterke basis om micro-stappen op te bouwen.
3) Micro-exposure die haalbaar voelt
Lotte: “Mijn eerste doel was één zin zeggen in de les. Ik mocht trillen en rood worden — en tóch praten. Achteraf voelde ik me opgelucht in plaats van mislukt.”
We doseren de stap (klein → iets minder klein). Succes = gaan en blijven, niet perfect zijn.
4) Aandacht sturen in plaats van gedachten overtuigen
Lotte: “In plaats van ‘ze vinden me dom’ keek ik naar mijn kaartje en las mijn eerste zin. Mijn gedachten bleven druk, maar ik bleef staan.”
Waarom dit werkt: gedrag vóór angst; aandacht geeft je rust en richting
Lottes ministapjes – en wat ze erbij dacht
A. Eén zin in de les
Lotte: “Ik schreef één zin. Afspraak: geen ‘sorry’ als mijn stem wiebelt.”
B. Koffie bestellen in de kantine
Lotte: “Thuis oefende ik ‘mag ik een cappuccino’. Warm gezicht? Prima. Ik bestelde toch.”
C. Mini-pitch (2 minuten, kaartje)
Lotte: “Halverwege één rustige ademhaling. Niet stoppen. Afmaken.”
D. Appgroep-stress
Lotte: “Ik stapte niet meteen uit de groep. Meldingen op stil; later neutraal gereageerd. Dat voelde volwassen.”
De Lotte-ladder
| Stap | Situatie | Spanning (0–10) | Wat hielp Lotte |
|---|---|---|---|
| 1 | “Goedemorgen” tegen docent | 3 | 1 ademhaling + glimlach |
| 2 | Koffie bestellen | 4 | openingszin oefenen |
| 3 | 1 vraag stellen in de les | 5 | briefje met beginzin |
| 4 | 30 sec in klein groepje | 6 | 1 kernpunt vasthouden |
| 5 | 2 min presenteren | 7 | kaartje + geen “sorry-taal” |
Lotte: “We wachtten niet tot mijn angst weg was. We maakten de stap zó klein dat ik ’m kon doen.”
Wat Lotte nu anders doet:
- Scriptzin: “Trillen = alarm. Ik ga tóch.”
- Aandachtanker: “Kijken naar mijn kaartje, niet naar gezichten.”
- Na-praatje zonder zelfafbrander: “Niet ‘ik was slecht’, wel ‘ik bleef staan en maakte af’.”
- Grenzen in de app: “Stiltes zijn ook antwoorden. Ik kies wanneer ik reageer.”
Hoe wij werken:
- Intake in gewone taal
- Psycho-educatie zonder jargon (“alarm” i.p.v. “stoornis”)
- Exposureprogramma dat wérkelijk haalbaar is
- Aandacht/acceptatie-oefeningen die je meteen kunt toepassen
- Terugvalpreventie: wat te doen bij een moeilijke dag
Lotte: “Het belangrijkste was dat spanning mocht én dat doelen klein waren. Zo werd ík de baas — niet mijn angst.”
Wil je verkennen of deze aanpak past?
Plan gratis een kort verkennend gesprek of mail ons. We maken een haalbaar stappenplan waarmee je — net als Lotte — verder kunt: niet angstvrij, wél meer de baas.